Een jaar geleden…

“Wil iemand de Almachtige even vertellen dat Hij een steekje heeft laten vallen?!”

 

Vorig jaar op 1 oktober kwam het bericht waarvan de naweeën nog steeds gevoeld worden: Arie de Carpentier, oftewel: Broeder Andrew, is overleden na een val van een oud balkon. Hij had naar eigen zeggen nog 10 jaar nodig om het goed achter te laten. Wil iemand de Almachtige even vertellen dat Hij een steekje of 10 heeft laten vallen?!

Regelmatig zit Broeder Andrew naast me in de auto. Hij vertelt verhalen en ik geniet. Natuurlijk moet ik het snel opschrijven, maar die tijd heb ik nog steeds niet. Ik weet heus wel dat ik weer droom, maar ik besef tegelijkertijd dat ik nu nog even kan genieten van zijn zin en onzin. Eenmaal wakker grijpt de pijnlijke waarheid weer om zich heen: de verhalen gaan niet meer afgemaakt worden, het werk is stil komen te liggen…

Of toch niet?

We zijn op zoek gegaan naar mensen die om hem heen stonden, met wie hij samenwerkte. En met ‘we’ bedoel ik de bestuursleden van Stichting The Carpenter’s Son. Deze stichting is ruim twee jaar geleden opgericht om Broeder Andrews projecten een vliegende start te geven en zijn verbindende woorden en daden tussen christenen en moslims bekend te maken aan de wereld. Terugkijkend kun je wel stellen: Broeder Andrew wás de stichting.

Of toch niet?

Er lopen letterlijk duizenden Doven rond die een opleiding hebben gekregen bij het instituut waarvan hij 40 jaar directeur was. Honderden medewerkers dragen zijn kennis verder. Tienduizenden mensen zijn wereldwijd aangewakkerd nadat hij zijn vurige woorden heeft gesproken. Wij zijn achtergebleven zonder Broeder Andrew, maar er is zoveel van hem terug te vinden in de mensen met wie hij werkte.

Een deel van die mensen hebben wij deze zomer opgezocht in Jordanië. In alle openheid hebben we de puzzel proberen te leggen: hoe krijgen we zijn werk verder? De rand is gelegd, zelfs stukjes van projecten worden zichtbaar. Kun je al zien wat het wordt? Nee, dat niet.

Of toch wel?

We gaan aan de slag met partners in de Dovenwereld, overheidsinstanties, maar bovenal met personen die aangewakkerd zijn door het vonkje dat Broeder Andrew mocht zijn. Wie weet zijn binnen die 10 jaar er meer gebarentolken opgeleid dan ooit het geval was? Wie weet gaat het verhaal als een lopend vuurtje?

Heeft iemand het al aan de Almachtige voorgelegd waarom die 10 jaar hem niet gegeven zijn? Ik wel! En wat heb ik er lang over gepiekerd. En regelmatig opnieuw. Maar na een jaar treuren komt langzaamaan het besef dat ik misschien wel veel te veel van hem verwachtte. Want is iemand als Broeder Andrew ooit klaar met zijn werk? Nee natuurlijk niet. Dus zou er ooit een goed moment geweest zijn?

Of toch wel?

Ja, we missen zijn gulle lach; ja, we missen zijn ondeugende streken; ja, we missen zijn visie, zijn durf en doorzettingsvermogen. Zijn vonkje is gedoofd, maar wat via hem is aangestoken, brandt voort in de mensen die er nog zijn. Want zijn vonkje kwam niet vanuit hemzelf, maar rechtstreeks van de vurige Geest van God. Broeder Andrew verdween, maar Jezus blijft zichtbaar… De naam van Broeder Andrew zullen we gedenken, maar de Naam die hem gestuurd heeft, zullen we blijven volgen.

photocredits Guido Dingemans

Weet u nog dat Broeder Andrew altijd zo’n houten kruis droeg prominent op zijn borst? Een jaar geleden is zijn lichaam in een grot gelegd. Het houten kruis ook…

Of toch niet?

Natuurlijk niet! Dat kruis staat voor de opstanding uit de dood. Het kan onmogelijk in een kist blijven. Het inspireert degenen die zijn werk voortzetten. Het staat voor de eeuwige hoop en blijft een teken voor nieuwe volgelingen van het kruis!

René Kolsters
Voorzitter van Stichting the Carpenter’s Son

photocredits Guido Dingemans

“De naam van Broeder Andrew zullen we gedenken, maar de Naam die hem gestuurd heeft, zullen we blijven volgen.”